Jan Smit weet Julio Iglesias te imponeren.
Zondagavond stond de Spaanse wereldster Julio Iglesias, voor het eerst sinds vele jaren, nog eens op het podium in Nederland. Ahoy Rotterdam was volgelopen voor de 69 jarige charmezanger. Ondanks z’n kranige leeftijd heeft Iglesias nog niets verloren van z’n charmes en wist hij het talrijk opgekomen publiek, vanaf de eerste noten, helemaal in te pakken. Ruim twee uur reeg Iglesias – samen met z’n live band – de hits aan elkaar. ‘Un Canto A Galicia’, ‘Quereme Mucho’, ‘Crazy’, ‘Amor, Amor’, e.v.a. passeerden de revue. Iglesias liet zich op het podium ook omringen door drie prachtige backings en het publiek genoot van de authentieke Iglesias sound die de zanger al eind jaren zeventig lanceerde. Hoogtepunt van de avond was zonder twijfel het duet van Iglesias met Jan Smit. Beiden zongen ze ‘To All The Girls I’ve Loved Before’, een lied dat Iglesias met Willie Nelson verheven heeft tot een wereldhit. De uitvoering met Jan Smit van dit prachtige duet zorgde voor een kippenvelmoment. Na afloop werden beiden heren getrakteerd op een staande ovatie en luid applaus. Iglesias was erg onder de indruk van Jan Smit. “Wat is Jan Smit een absoluut grote meneer. Ik heb hem ontmoet, vele jaren geleden in een tv show in België. Toen was hij nog piepjong maar zong hij ook al voortreffelijk. Wat hij vanavond liet horen was buitengewoon. Klasse!”, liet Iglesias optekenen na afloop. Ook Jan Smit was danig onder de indruk van de ontmoeting met de wereldster: “Voor mij was zingen met Julio Iglesias toch wel één van de hoogtepunten uit mijn carrière. Hij is en blijft een wereldartiest die heel aardig en charmant is in de omgang met mensen. Ik vond het fijn dat hij mij nog kende toen we elkaar begroetten. Dat was heel hartelijk. Toen we samen het duet zongen ‘To All The Girls I’ve Loved Before’, tja dan was dat heel speciaal. De staande ovatie van een bomvol Ahoy zorgde er voor dat het plaatje compleet was. Na afloop heeft Julio mij nog overladen met complimenten en felicitaties. De kans is niet onbestaande dat we hier nog een vervolg aan gaan breien”, zegt Jan Smit. Wij zijn alvast benieuwd!
