Maarten Vangramberen is gehecht aan het comfort van vast contract
Het zijn drukke tijden voor sportjournalisten van de openbare omroep. Na de grote leegte van vorig jaar, barst de sportkalender van 2021 uit haar voegen. Maarten Vangramberen zegt in Humo dat hij houdt van een drukke agenda. Na het EK Voetbal en de Ronde van Frankrijk zijn er nu de Olympische Spelen.
Een heel puberleven droomde Maarten Vangramberen er naar eigen zeggen al van om journalist te worden. Toen hij als journalist begon verdiende hij zelfs minder dan zijn moeder, die halftijds als verpleegkundige werkte. Toch speelde de grootte van dat 'preeke' geen rol voor Maarten, want hij was eindelijk journalist en had zijn perskaart! "Dat veranderde natuurlijk zodra ik wat kilometers gemaakt had, en het grote leven met vrouw Annick, met een huis, met kinderen ... zich voor me openvouwde. Maar toch: zelf heb ik niet zo heel veel nodig. Een goed bed met een mals kussen, een koersfiets, een pint en daar stopt mijn verlanglijstje.", zei hij in Humo.
Met financiële onzekerheid zou Maarten Vangramberen niet kunnen leven. "Ik heb grond onder m'n voeten nodig. Ik wilde altijd journalist worden, en ik wist dat dat een vak is met onregelmatige uren en weinig structuur." Om dat te compenseren wou hij zo snel mogelijk een vast contract. De stress van de freelancer is niks voor hem, geeft Maarten toe. Tijdens de coronacrisis heeft de VRT-sportjournalist eens te meer het comfort beseft van een vast contract.
Maarten Vangramberen zit graag waar hij nu zit, bij de VRT dus. "Ik maak de oefening weleens, al lachend: hoeveel moeten ze me geven voor ik ergens anders ga werken? Maar dat zou toch héél veel moeten zijn. En zelfs bij een bedrag waarmee je in één klap de toekomst van je kinderen én je kleinkinderen veiligstelt ben ik niet zeker of ik het zou doen.
Tekst: Nico Vanaken