Dit is voor Jaak Van Assche de hel
Het repertoire van Jaak Van Assche is ruim. Jean De Pesser in ‘De collega’s’, Fernand Costermans in ‘FC De Kampioenen’, Frans Van As in ‘De zonen van Van As’. Op zijn minst gezegd een indrukwekkende prestatie. En het gaat niet enkel over toneel maar ook over films en soaps.
Op niveau van voldoening is Jaak heel duidelijk: “Het liefst van al heb ik altijd theater gespeeld. Niet dat televisie of film geen voldoening geeft, integendeel, maar spelen in een theater is toch een andere dimensie”, onthult Jaak Van Assche aan Het Nieuwsblad.
“Het heeft het grote voordeel dat je publiek daar geëngageerd is. Die mensen hebben een kaartje gekocht, ze hebben zich verplaatst om naar je te komen kijken. In deze tijden is dat toch niet vanzelfsprekend”, zo deelt Jaak mee aan Het Nieuwsblad.
Wat je met toneel hebt en niet met film niet is de enorme spanning bij de première. Dat blijft een uitdaging. “Tegelijk vind ik het verschrikkelijk”, zo vertelt Jaak.
Een première is een hel voor mij, nog altijd, na zoveel jaar. Een week paniek. Ik vraag me elke keer weer af waarom ik het me in godsnaam aandoe”, vernemen we van Jaak.