Erik Van Looy voor De klas

Hoewel Erik Van Looy zelf allesbehalve gewelddadig is, fascineert geweld hem wel. In zijn films komt dan ook vaak geweld voor, maar altijd op een 'verantwoorde' manier: Ik toon wel de gevolgen van het geweld. Dat is altijd heel catastrofaal en dramatisch. Ik verheerlijk het niet. Dat Erik vandaag les geeft over geweld aan De klas is dan ook niet verwonderlijk.

Erik zoekt uit of er vechtersbazen in de klas zitten en wat de leerlingen zelf van geweld vinden. Hij komt daarbij tot een aantal verrassende vaststellingen. En wat vinden de leerlingen van zinloos geweld en terrorisme? Voelen zij zich onveiliger sinds de aanslagen in ons land?

De klas, dinsdag 28 februari om 20.40 uur op Eén.

Mijnheer Van Looy
Erik wil graag met zijn achternaam aangesproken worden door de leerlingen. Hij hoopt zo om meer gezag uit te stralen, maar beseft dat dit ijdele hoop is:

Ik hoop een leraar te zijn met veel gezag waar ze heel bang voor zijn, maar ik weet nu al dat dat niet gaat lukken. Ik heb ooit les gegeven, maar dat was geen succes. Ik denk dat ik de enige hogeschool leerkracht ben die ooit een prop papier tegen zijn hoofd heeft gekregen.

De leerlingen helpen ook niet echt:

Oei, dan ga je het niet gemakkelijk hebben met onze klas!

Gelukkig valt het allemaal wel mee en krijgt Erik deze keer geen prop naar zijn hoofd gegooid.

Vechten?
Wanneer Erik vraagt wie er al allemaal gevochten heeft, gaan er verbazend veel vingers omhoog in de klas. De wijze raad van Jezus 'als iemand je een slag verkoopt, geef dan je andere wang' wordt door de klas duidelijk niet altijd gevolgd:

Berra: Ik heb al gevochten met een meisje uit mijn klas. Mijn leerkracht kwam ertussen en toen heb ik die per ongeluk ook geraakt.

Pauline: Als iemand mij slaagt dan slaag ik terug. Maar ik zal nooit als eerste een slag uitdelen!

Yasmina: Ik ben rap geïrriteerd. Ik steek het altijd op mijn Marokkaans deeltje. Ik heb een kort lontje.

Toch is niet iedereen in de klas het ermee eens:

Stijn: Ik zou eerder iemand wreken met woorden. Ik ben geen vechtersbazeke.

Robbe: Ik vecht nooit. Ik vind het nutteloos. Het is ook gewoon laf: omdat je het niet in woorden kan uiten, moet je je vuist gebruiken.

Erik merkt op:

Als je hier vraagt wie zichzelf gewelddadig vindt, reageren vooral de vrouwen!

Zinloos geweld
De leerlingen zijn wel tegen zinloos geweld en tegen terrorisme. Sinds de aanslagen van 22 maart, is dat namelijk geen ver-van-ons-bed-show meer. Toch proberen de leerlingen er niet te veel aan te denken:

Jelle: Als je daaraan denkt, wordt je ook paranoia en dat is net wat de terroristen willen.

Matthew: Ik denk daar gewoon niet aan. Als ik ga feesten, heb ik daar nog nooit aan gedacht.

De oplossing ligt bij de bron

Aan het eind van de les komen de leerlingen tot de conclusie dat je vooral respect voor elkaar moet hebben en dat vechten niets oplost. Ook bij terrorisme is dat het geval:

Matthew: Het is altijd beter om naar de root van het probleem te gaan. Bij terrorisme kan dat bijvoorbeeld racisme zijn en dan is de maatschappij het probleem.

Erik vat samen:

Probeer zo weinig mogelijk te vechten en als het dan echt moet, doe het dan op een leuke manier!

Hoe je juist op een leuke manier moet vechten? Dat laat Erik aan de klas zien.

De klas, dinsdag 28 februari om 20.40 uur op Eén