Helmut Lotti: “Die goesting is er altijd al geweest”
Veel artiesten droomden er al van kinds af aan van om iets te doen met hun liefde voor muziek. Maar helaas slagen er maar weinig in om echt iets met die liefde te doen en er van te kunnen leven. Helmut Lotti is één van die gelukkigen die daar wel in geslaagd is.
“De goesting om op een podium te staan was er altijd al. Mijn grootvader (Bart Lotigiers, red.) was directeur van Opera Gent. Toen hij figuranten zocht, mocht ik als 6-jarige mijn eerste optreden doen: ik speelde in Friederike van Franz Lehár de zoon van een markies en de neef van Jo Nel, een mooie sopraan waar ik als kind smoorverliefd op was. Ik keek gefascineerd toe hoe ze zich in de kleedkamers schminkte, hoewel ik haar mooier vond zonder make-up”, begint Helmut in Gazet van Antwerpen.
In het stuk was het de bedoeling dat Lotti de trap zou aflopen en na enkele seconden weer van het podium zou verdwijnen. Maar dat was buiten de zanger gerekend.
“In plaats daarvan ben ik naast haar blijven zitten en begon ik mee te zingen. Tot hilariteit van het publiek! De hele zaal lag plat van het lachen. Ik voelde toen al dat ik het fantastisch vond om mensen te entertainen.”